Ontmoet onze West-Friese brouwers (1): Schaagse Brouwerij “De Roode Leeuw”
Dyon Huiberts is de eigenaar van Schaagse Brouwerij “De Roode Leeuw”. In 2017 startte hij met brouwen. Voor elke brouwer is dat een vuurdoop. Maar voor Dyon mag je dat woord letterlijk nemen…
Vanwaar jouw liefde voor bier?
Dyon: “Ik ben niet geboren, maar wél getogen in de horeca. Mijn ouders hadden een horecabedrijf, waar ik nu mijn brouwerij naar vernoemd heb: “De Roode Leeuw” in Schagen. Het bedrijf bestaat nog steeds als SoHo Gastrobar. Ik werk daar nu als chef-kok én brouwer.
Mijn vader kocht destijds via Heineken weleens andere bieren in dan pils. Zo kwam ik aanraking met speciaalbier, en dat is goed bevallen.”
Wanneer en waarom begon je zelf te brouwen?
Dyon: “Als kok had ik al heel wat jaren achter de kiezen. Op een gegeven moment zocht ik naar iets ernaast. Ik liep toen al 5 jaar met het idee om bier te brouwen.
In 2017 besloot ik om heel voorzichtig iets te doen met mijn brouwwens: ik kocht achter de rug van mijn vrouw om een hele primitieve starterskit. Daarmee hoefde ik alleen maar een blik bierconcentraat open te trekken, dat te verwarmen en op te lossen in water. Ik hoefde daarna alleen nog gist toe te voegen en te wachten. Dat vond ik geen brouwen.
Ik wilde het serieuzer aanpakken, en kocht een brouwpakket. Daarin was alles al afgewogen, maar ik moest de mout nog wel zelf schroten. Bij mijn toenmalige werkgever stond nog een oud koffiemolentje, dat ik als schrootmolen gebruikte. Dat werkte, maar tergend traag: na 1 uur draaien had ik nog geen 10% van de mout geschroot. De rest sloeg ik dan maar stuk met een pan. Dat ging een stuk sneller, haha!
Na alles ‘geschroot’ te hebben, begon ik aan het brouwproces: 3 pannen op het vuur, roeren, zeven, meten. Een hoop bende en gekloot, maar: uiteindelijk toch gelukt! Na het gisten en bottelen was ik best tevreden over het resultaat. Ook al was de opbrengst maar 10 liter, terwijl het 20 had moeten zijn.
Ik merkte vooral hoeveel lol ik erin had. Dus ik besloot tweedehands spullen te kopen en een brouwinstallatie in mijn schuur te zetten. Dat vond mijn vrouw ook prima; ze had er zo toch geen last van.”
Was je brouwerij direct een succes?
Dyon: “Nou…dat is nog wel een verhaal… De schuur was niet bepaald hygiënisch, wat niet handig is bij een delicaat proces als brouwen. Daarom brak in ‘m af, en bouwde eigenhandig een nieuwe. Daarin plaatste ik een serieuze brouwinstallatie. Na 4 maanden bloed, zweet en tranen kon ik eindelijk brouwen…
…maar toen vergat ik die allereerste keer de ketel uit te zetten. De brand kwam erin, en de hele boel fikte af. Mijn gloednieuwe schuur en hele brouwinstallatie…weg. Gelukkig was ik goed verzekerd en kon ik alles weer opnieuw bouwen én een nieuwe ketel aanschaffen.
Al met al duurde het tot 2019 voordat ik naar de KvK ging om mijn bier te kunnen verkopen. In 2020 meldde ik me bij de Belastingdienst. Toen verkocht ik dus al een jaar mijn bier, en moest ik daarover met terugwerkende kracht nog even accijnzen betalen. Gelukkig was het bedrag te overzien.
Ik moest natuurlijk ook nog een naam en logo kiezen. Dat werd dus “De Roode Leeuw”, naar het restaurant van mijn ouders.”
Welke uitdagingen ben je nog meer tegengekomen als brouwer?
Dyon: “Nou, ik ben nog weleens eigenwijs, en dat is niet altijd de beste eigenschap als je bier brouwt. Ik merkte in de loop der jaren dat de smaak van het bier toch wel anders wordt wanneer ik me niet houd aan het recept – en meestal niet ‘goed’ anders.
Dan had ik bijvoorbeeld net niet genoeg hop, en dacht ik: ‘Ach, dat kan wel. Het zal evengoed wel z’n smaak afgeven.’ Nou, niet dus.
Ik moet vooral goed naar de kok in mij blijven luisteren: houd je gewoon aan het recept, dan komt het goed.”
Wat was het 1e bier dat je brouwde?
Dyon: “Een IPA, gebrouwen met houtsnippers. Anderen zullen zeggen dat houttonen niet in een IPA horen. Maar aangezien het bier oorspronkelijk ontstond in de VOC-tijd – toen het ook op houten vaten stond – vind ik van wél. Ik vernoemde het bier naar mijn vader: Cornelis IPA.
Inmiddels heb ik een rijk assortiment aan verschillende bieren. Ze zijn verkrijgbaar via mijn website, en in SoHo. Toen het restaurant er lucht van kreeg dat ik brouwde, vroegen ze me om ook een bier voor hun te brouwen, met hun eigen brouwinstallatie.
Nu brouw ik voor het restaurant de SoHo Blond. Daarnaast staan er altijd 5 soorten bier van “De Roode Leeuw” in hun walk-in bierkoelkast. En af en toe sta ik op bierfestivals in de regio.”
Wat brengt de toekomst voor jouw brouwerij?
Dyon: “Ik wil groeien, maar het moet wel behapbaar blijven. Mijn ketel heeft een capaciteit van 50l. Dat mag best 100l tot 200l worden.
Hopelijk moet ik dan vroeg of laat verhuizen naar de ruimte beneden. Daar is ook genoeg ruimte voor opslag, en dat wil ik graag in eigen handen houden.
Huurbrouwen wil ik niet. Want dan zal ik het buiten Schagen moeten laten brouwen. ‘Schaagse brouwerij’ zit in mijn naam, dus ik vind dat mijn bier écht uit Schagen moet komen. Van mijn eigen hand.
Maar of ik nu groei of niet, ik vermaak me wel in mijn brouwerij. De dagen vliegen hier voorbij en ik kom altijd tijd tekort.
Het is natuurlijk ook nog afwachten wat de biermarkt doet. De accijnsverhoging is schrikbarend. Voor mijn tripel was het 48 cent per liter, nu ga ik naar 1,50…”
Wat is volgens jou je beste bier?
Dyon: “Mijn Tripel Cascade. De smaak daarvan is echt bijzonder. Dat hoor ik ook terug van veel van mijn klanten.
Maar mijn blond, weizen en dubbel (met aroma’s van sinaasappel en steranijs) kan ik ook van harte aanbevelen. Uiteindelijk ben ik natuurlijk trots op al mijn bieren. Je moet ze maar gewoon proberen!”
